Sinds de jaren zeventig zijn er ruim veertigduizend kinderen in Nederland vanuit het buitenland geadopteerd. Rond diezelfde tijd verschijnen de eerste berichten over adoptiemisstanden in de media. Over de vervalsing van documenten, het misbruik maken van de armoede bij de geboortemoeders en het afstand doen van kinderen tegen betaling of onder dwang. Hoe schrijnend de signalen ook zijn, ze leiden niet tot een kritische reflectie in het publieke en politieke debat, laat staan tot een herbezinning op het systeem van interlandelijke adoptie.